Dit artikel van de KampeerKampioen gaat in op de brandveiligheid van stallingsbedrijven voor caravans en campers. 

De vraag naar onderdak voor caravans en campers is al een aantal jaar veel groter dan het aanbod. Oorzaak: er komen steeds meer kampeermiddelen bij en veel stallingsbedrijven sluiten definitief de deuren. Waarom gooien deze ondernemers de handdoek in de ring en wat zijn de alternatieven?

Wachtlijsten van twee jaar bij stallingsbedrijven zijn geen uitzondering. Stalling lijkt dus big business. Toch stoppen veel stallinghouders of overwegen dat om uiteenlopende redenen. Zelfs als het huidige scenario te pessimistisch is en de ‘schade’ zich beperkt tot een handvol grote stallingsbedrijven dat stopt, blijft het probleem.

Hoge regeldruk

De pijn van de stallinghouders zit ‘m echter vooral in de regels en eisen die hen worden opgelegd. Navraag bij Brandweer Nederland leert dat er vanuit de overheid geen specifieke eisen voor caravan- en camperstallingen gelden. De panden vallen over het algemeen onder de algemene regels voor ‘Lichte Industrie’ van de ‘Omgevingswet’ (vroeger Bouwbesluit 2012). De échte regeldruk komt echter niet van overheidswege, maar van de bedrijfsverzekeraars. Elke maatschappij stelt zijn eigen eisen aan de brandveiligheidsinrichting van het stallingsbedrijf, meldt het Verbond van Verzekeraars. De verzekeraar wil echter zo min mogelijk financieel risico lopen en hoopt door hoge eisen te stellen brand te voorkomen of de gevolgen te beperken.

Specifieke richtlijnen - Brandveiligheid

Als aan de basisveiligheid is voldaan, is een caravan of camper weinig brandgevaarlijk. Waar zit ’m de angst dan in? Dan komen we weer uit bij de winstgevendheid van de stallingsbedrijven. Om meer omzet uit hetzelfde gebouw te halen bieden veel ondernemers hun enorme dakoppervlak aan voor het plaatsen van zonnepanelen. De opgewekte stroom vloeit grotendeels terug naar het net en is daarmee een extra bron van inkomsten. Dat baart zowel brandweer als verzekeraars zorgen. Albert Werkman en Pascal Kuijten van ingenieurs- en adviesbureau Antea Group zien dan ook dat juist daar de strenge regels voor stallingen vandaan komen. “Zonnepanelen mogen vergunningsvrij geplaatst worden, maar bij een flinke oppervlakte moet je er wel melding van maken bij de gemeente en verzekeraar. Dan kan het dat er vanwege de Omgevingswet extra eisen aan het pand worden gesteld, zoals onbrandbare dakisolatie.

Daarnaast zien de verzekeraars in de zonnepanelen een vergroot risico op brand en stellen zeer hoge eisen aan de installatie en inrichting van het gebouw. De aanwezigheid van caravans en campers maakt de zogenoemde vuurlast hoger: die branden behoorlijk. We denken dat verzekeraars vooral aan de voorzichtige kant gaan zitten en het brandrisico overschatten. Om beter inzicht te krijgen is het ’t overwegen waard om voor caravan- en camperstallingen meer specialistische regels op te stellen. Dan weten ondernemers, overheid en verzekeraars veel beter waar ze aan toe zijn.” 

Bronvermelding afbeeldingen: ANWB KampeerKampioen

Meer weten over brandveiligheid?